Rosacea
Rosacea is een veel voorkomende chronische aandoening van het gezicht, die vooral gezien wordt bij vrouwen van middelbare leeftijd. De vier belangrijkste kenmerken zijn roodheid, kleine uitgezette bloedvaatjes (couperose), papels (pukkels, bultjes) en pustels (puistjes). De oorzaak van rosacea is onbekend. De aandoening is goed te behandelen (beter gezegd: te onderdrukken), maar zelden definitief te genezen.
Rosacea ontstaat meestal rond het 30e levensjaar en komt meer bij vrouwen dan bij mannen voor. Het treft vooral blanke mensen met een licht huidtype. De oorzaak van rosacea is onbekend. Zonlicht en andere vormen van warmte zullen bij de meeste mensen met rosacea een verergering van de verschijnselen veroorzaken.
Een oorzakelijke rol van voeding is nooit aangetoond; wel kan (tijdelijke) verergering van de roodheid optreden door het drinken van alcohol en het eten van sterk gekruid voedsel. Ook door het gebruik van verkeerde cosmetische producten in het gezicht kan rosacea door irritatie verergeren.
De verschijnselen van rosacea zijn vooral gelokaliseerd op de neus, de wangen, het voorhoofd en de kin. De belangrijkste kenmerken van rosacea zijn blozen (vanzelf wegtrekkende roodheid), blijvende roodheid, papels (pukkels) en pustels (puistjes) en uitgezette bloedvaatjes (couperose). Blozen kan worden uitgelokt door emotie, warmte, zonlicht, alcohol, hete dranken en spijzen, of de menopauze. Blijvende roodheid is het meest voorkomende kenmerk van rosacea. Daarnaast zijn er bij rosacea ontstekingsverschijnselen: pukkels en puistjes. Deze komen vaak in aanvallen op.
Minder vaak komen bij rosacea zwellingen van de huid voor. Sommige ontstaan door ophoping van vocht. Dit heet oedeem, de zwelling voelt zacht aan en verdwijnt vanzelf. Andere zwellingen ontstaan door toename van bindweefsel in de huid. Deze zijn harder en knobbelig en gaan niet vanzelf weg. Het bekendste is het zogeheten rhinophyma, dat ontstaat door toename van het bindweefsel en de talgklieren van de neus. Dit fenomeen treedt nagenoeg alleen op bij oudere mannen. In het dagelijkse taalgebruik wordt rhinophyma als ‘drankneus’ of ‘bloemkoolneus’ aangeduid. Ten onrechte, want het ontstaan van rhinophyma heeft
niets te maken met alcohol (en trouwens ook niet met bloemkool).
De diagnose ‘rosacea’ kan meestal op de karakteristieke kenmerken worden gesteld.
Soms wordt onder plaatselijke verdoving een stukje huid weggenomen voor microscopisch onderzoek (een biopt). In een enkel geval zal de dermatoloog allergietesten doen om een bijkomende allergie voor bijvoorbeeld cosmetica uit te sluiten.
Rosacea ontstaat meestal rond het 30e levensjaar en komt meer bij vrouwen dan bij mannen voor. Het treft vooral blanke mensen met een licht huidtype. De oorzaak van rosacea is onbekend. Zonlicht en andere vormen van warmte zullen bij de meeste mensen met rosacea een verergering van de verschijnselen veroorzaken.
Een oorzakelijke rol van voeding is nooit aangetoond; wel kan (tijdelijke) verergering van de roodheid optreden door het drinken van alcohol en het eten van sterk gekruid voedsel. Ook door het gebruik van verkeerde cosmetische producten in het gezicht kan rosacea door irritatie verergeren.
De verschijnselen van rosacea zijn vooral gelokaliseerd op de neus, de wangen, het voorhoofd en de kin. De belangrijkste kenmerken van rosacea zijn blozen (vanzelf wegtrekkende roodheid), blijvende roodheid, papels (pukkels) en pustels (puistjes) en uitgezette bloedvaatjes (couperose). Blozen kan worden uitgelokt door emotie, warmte, zonlicht, alcohol, hete dranken en spijzen, of de menopauze. Blijvende roodheid is het meest voorkomende kenmerk van rosacea. Daarnaast zijn er bij rosacea ontstekingsverschijnselen: pukkels en puistjes. Deze komen vaak in aanvallen op.
Minder vaak komen bij rosacea zwellingen van de huid voor. Sommige ontstaan door ophoping van vocht. Dit heet oedeem, de zwelling voelt zacht aan en verdwijnt vanzelf. Andere zwellingen ontstaan door toename van bindweefsel in de huid. Deze zijn harder en knobbelig en gaan niet vanzelf weg. Het bekendste is het zogeheten rhinophyma, dat ontstaat door toename van het bindweefsel en de talgklieren van de neus. Dit fenomeen treedt nagenoeg alleen op bij oudere mannen. In het dagelijkse taalgebruik wordt rhinophyma als ‘drankneus’ of ‘bloemkoolneus’ aangeduid. Ten onrechte, want het ontstaan van rhinophyma heeft
niets te maken met alcohol (en trouwens ook niet met bloemkool).
De diagnose ‘rosacea’ kan meestal op de karakteristieke kenmerken worden gesteld.
Soms wordt onder plaatselijke verdoving een stukje huid weggenomen voor microscopisch onderzoek (een biopt). In een enkel geval zal de dermatoloog allergietesten doen om een bijkomende allergie voor bijvoorbeeld cosmetica uit te sluiten.